Angst voor de dood
Eén zekerheid heb ik: over pakweg vijftig of zestig jaar ben ik dood. Zeker weten. Dat is een gedachte waar ik niet teveel bij stilsta, maar wanneer ik in mijn leven met verdriet, ziekte of dood wordt geconfronteerd grijpt het mij af en toe naar de keel. Daarbij is ook van belang dat mijn beide ouders nog in goede gezondheid zijn: ik heb een buffer tot de dood, zogezegd. Mijn grootouders zijn al vrij lang overleden, en als mijn ouders er ook niet meer zijn dringt die onomstotelijke conclusie zich aan je op: de volgende generatie die over de rand valt, ben jezelf. Tóch een angstaanjagende gedachte, vind ik.
Bij mij zat de angst om dood te zijn er al vroeg in. Eén van mijn vroegste herinneringen (vier, vijf jaar) is dat ik huilend de trap afren en de kamer binnenvlieg met de woorden: “Ik wil niet doo-hood!” Dus daar zitten issues. Een soort angst dat alles wat je hebt en wie je bent voor altijd weg is, alsof het nooit heeft bestaan. Misschien is dat het.
Geloof in God
De kans is groot dat ik geloof in God uit angst voor de dood. Dat leek me jarenlang een weinig wervende gedachtegang. Maar daar ben ik van teruggekomen. Ik vind het juist een heel sterk argument als je zoekt naar een vorm van zingeving om de dood (en ook de angst voor de dood) te overwinnen. Een hemel, een hiernamaals, een eeuwigheid: het blijft bij beelden. Maar het heeft mij in ieder geval een stuk rustiger gemaakt.
Hiernamaals
Ik heb bij verscheidene mensen aan het sterfbed gestaan en geprobeerd iets te herleiden van hun bestemming. Een laatste zucht, een glimlach misschien? Iets doorslaggevends vond ik nooit. Maar het zien sterven van mensen heeft m’n angst voor de dood ook niet aangewakkerd. En misschien is dat broze vertrouwen in een hiernamaals geen vlucht uit het leven, maar juist een bevestiging ervan.
Hoe denk jij over dood en over doodgaan? Wat is je hoop en je vrees?
Anita rommensanotarommens@gmail.com
Ik vertrouw in gods liefde en hoop.rustig en ka naar hem te gaan
30 januari 2019Sipke
Ik heb moeite met het woord “eeuwigheid”. Iets wat eeuwig duurt lijkt me vreselijk. Na een tijd wordt het toch vervelend, hoe leuk je het ook vindt. Daarom vind ik een uitspraak van Willem Wilmink erg mooi: iemand die gestorven is, is “uit de tijd”. Dat is een bekende uitspraak in het oosten en noorden van het land. Dat is voor mij een mooie gedachte, je bent uit de tijd, dus de tijd heeft geen vat meer op jou. Iets wat in een flits voorbijkomt kan een eeuwigheid duren en omgekeerd.
30 januari 2019Gelland Vrolijk
Toen ik vier jaar was ben ik verdronken. Letterlijk. Ik trad uit mijn lichaam en zag hoe mijn lichaam naar de bodem zonk van het water waarin ik was gevallen. Ik heb mijzelf zien sterven. Ik ben toen in de hemel geweest. Dat was fijn want daar leef je op de adem Gods. Daar is het altijd licht en wordt het nooit meer nacht. Daar is alleen maar liefde en is het altijd lente. Momenteel heb ik PTSS en zware depressies. God vond toen dat ik terug moest. Ik wist op dat moment ook hoe zwaar dit leven ging worden. Ik weet ook dat Hij juist hier op aarde nog wel iets van mij verwacht. Dat is niet makkelijk wanneer je leven vaak alleen maar uit strijd bestaat. Ik heb geen angst voor de dood. Ik weet wat hierna komt. Ik weet dat wanneer het mijn tijd is dat God daar is om me te begroeten. Ik hoop dat ik Hem trots mag maken op wat ik aan deze aarde na laat. Ik vertrouw er op dat Hij er is ook nu het moeilijk is. Ook nu het zo zwart is in mijn leven weet ik dat het goed gaat komen. Ik heb deze aarde nog zoveel te vertellen. De hemel zal daarom nog even moeten wachten.
30 januari 2019Mar
Ik heb een groot vertrouwen gezien bij mijn vader.
31 januari 2019Sinds ik pas geen ouders meer heb denk ik van hun hebben het ook meegemaakt en ik wil graag komen waar mijn ouders en voorvaderen zijn. Soms verlang ik er naar. Niet dat ik het leven moe ben maar ik mis ze hier.
Marijke
Hoe het zal zijn daar kan ik mij geen voorstelling van maken maar dat het heel anders is,en denk aan Maria zij dacht dat de Meester weggehaald was en sprak Jezus aan terwijl zij ze dacht dat het de tuinman was. Pas toen Jezus haar bij naam noemde zag ze wie hij was.
31 januari 2019Anke Nieuwkoop
Ik ben niet bang om te sterven. Waarom ook, dan mag ik immers gaan naar het Vaderhuis. Daar zijn mijn ouders en alle lieve familieleden. En ook mijn dochter die ik heel erg mis. Ik ben wel bang voor de pijn en misschien het lijden.
2 februari 2019