Aresia werkt in de ouderenzorg: ‘Als je ligt dood te gaan, wil je je familieleden om je heen’
De serie #houdvol sluit af met het verhaal van Aresia. Aresia werkt met hart en ziel als verzorgende in de ouderenzorg. Alle strenge coronamaatregelen van de afgelopen maanden vielen haar dan ook zwaar. ‘Ik zag zoveel onzekerheid, angst en verdriet bij de bewoners en de familie.’
Aresia herinnert zich die avond medio maart nog goed. ‘Ik had late dienst toen de persconferentie kwam waarin van het ene op het andere moment alle verzorgingshuizen op slot gingen. Binnen de kortste keren had ik bezorgde kinderen aan de telefoon, zoals een dochter die altijd de was voor haar moeder deed en zich afvroeg hoe het nu moest. Of de zoon die twee keer per week zijn vader bezocht, en niet wist wanneer hij hem weer mocht zien.’
Wat veranderde er allemaal na die eerste persconferentie?
‘Ineens hing er een lint voor de deur. Het ging zo plotseling dat mensen niet eens de gelegenheid hadden gehad om afscheid te nemen. Het was patsboem de nieuwe situatie en niemand wist hoe lang het ging duren. Het gaf veel onrust bij zowel de bewoners als de familie. Ik zag veel eenzaamheid die in de loop der tijd alleen maar heftiger werd.
Stel je maar eens voor dat je oud bent en slecht ter been. Alle dingen die je normaal gesproken doet, zoals bezoek ontvangen, eens per week naar de kapper en pedicure die hier in huis komt, op zondag naar de kerk – het viel allemaal stil. Ze zaten weken alleen op hun kamertje. Doordat die structuur wegviel, zag je mensen achteruit gaan. Heel triest. Bewoners vertelden ons ook dat ze zich gevangen voelden.’
Wat vond je het meest schrijnend?
‘Vooral bij terminale patiënten vond ik het heel moeilijk. Je had een verklaring van de arts nodig om familieleden toestemming te geven om afscheid te nemen. Maar soms was dat te onzeker en kreeg je geen verklaring. Maar als je dan een weekend inging en je zag iemand achteruit gaan, dan moest je soms alsnog aan de bel trekken, zodat er tenminste twee familieleden een uurtje mochten komen om er nog even bij te zijn in deze laatste levensfase.
Als je dood ligt te gaan, wil je natuurlijk de mensen om je heen hebben die van je houden. Als zorgmedewerker heb je geen tijd om wat langer bij iemand te zitten. Dat is echt hartverscheurend. Ik had vaak het gevoel tussen al die emoties van bewoners en familieleden in te staan. Je probeert er het beste van te maken en toch wat meer aandacht te geven.’
Op welke manier kon je er zijn voor de bewoners?
‘De laatste jaren is er steeds maar bezuinigd in de zorg. Daardoor ben je altijd hard aan het werk en heb je maar weinig tijd voor de mensen. Toch probeer je oog te hebben voor de mensen en vanuit die professionele inschatting kies je er soms voor om net even wat langer bij iemand te blijven. Het zijn misschien maar vijf minuten, maar voor de bewoner kan dat heel waardevol zijn. Ik merkte ook dat ik meer open gesprekken kon voeren met mensen. Sommigen zeiden dat ze nog niet klaar waren om dood te gaan, anderen getuigden juist dat ze wisten dat ze naar hun Hemelse Vader zouden gaan.
Ik herinner me een man die zei dat hij zo onrustig was en hij vroeg me: ‘Wil je mij voor het slapengaan een verhaaltje vertellen?’ Ik antwoordde dat ik alleen mijn Bijbel had, en ik vroeg of hij daar een verhaal uit wilde horen. ‘Denk je dat ik daar rustig van word?’, vroeg hij me. Ik kreeg het op mijn hart om het verhaal van de Verloren Zoon te vertellen. Over de vader die uit stond te kijken naar de zoon en hem tegemoet rende.
Ik zei tegen de man: ’Zo staat de Hemelse Vader ook naar u uit te kijken. Hij rent u tegemoet en zegt: Ik hou van je. Je mag veilig thuiskomen als u hierop durft te vertrouwen.’ De man was helemaal in tranen. Hij had wel iets over het geloof meegekregen in zijn opvoeding, maar er verder nooit meer wat mee gedaan. Hij zei: ’Op deze manier heb ik het verhaal van God nog nooit gehoord.’
Je noemde al de bezuinigingen. Denk je dat er door corona meer waardering komt voor jouw werk?
‘Ik hoop dat mensen gaan beseffen dat bejaardenzorg een heel waardevolle sector is. Ik zou willen dat die waardering zich vertaalt in meer tijd en geld, want het is erg krap gebudgetteerd. Er is een hoge werkdruk waarbinnen de zorg plaatsvindt. Je bent daarin geschoold en het is verantwoord, maar ik zou graag meer tijd willen investeren in de mensen. Dan kun je de bewoners echt zien en ze de aandacht geven die ze verdienen.’