Waarderen we nog mensen die bescheiden zijn?
Bescheidenheid lijkt in onze tijd een beetje ondergesneeuwd. Alsof het iets is waar je eerder vanaf moet, dan dat het een deugd is. Klopt dat eigenlijk wel?
Tik voor de grap maar eens het woord ‘bescheidenheid’ in op je online zoekmachine. Er rollen de meest tegenstrijdige berichten uit. Zo kom ik opvallend veel blogs en berichten tegen uit de hoek van coaching en leiderschapstrainingen die de boodschap verkondigen dat bescheidenheid slecht uitpakt voor je leven en carrière.
Terwijl uit divers psychologisch onderzoek precies het tegenovergestelde blijkt. Zo worden bescheiden leiders meer gewaardeerd en presteren ze beter. En dat geldt ook voor bescheiden werknemers. Bovendien zorgen bescheiden mensen voor meer verbinding. Allemaal pro’s dus voor de bescheiden mens.
Vooral niet opscheppen
Toch schuurt bescheidenheid ook wel een beetje. Zo hing er bij ons vroeger een klein tegeltje aan de wand met: ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’. Het paste helemaal bij de mores thuis. Niks je hoofd boven het maaiveld uitsteken. Niet opscheppen over wat je kunt of wilt. Nee, gewoon rustig en bescheiden je best doen. Eerlijk gezegd heb ik daar ook wel wat last van gehad.
Want onder bescheidenheid kunnen namelijk ook gevoelens van minderwaardigheid schuilgaan. En wanneer is bescheidenheid eigenlijk subassertiviteit? Want dat helpt je nou niet bepaald verder. Ik heb daarom juist het tegenovergestelde moeten leren. Ja, zelfs om mezelf te profileren, op sociale media bijvoorbeeld. Al vind ik dat laatste nog steeds een beetje ongemakkelijk.
Grote en kleine goedheid
Toch ben ik uiteindelijk groot voorstander van bescheidenheid. De gezonde vorm welteverstaan. Net als Ignace de Haes die een mooi licht werpt op dit onderwerp in een recent artikel voor Volzin. Daarin ageert hij mijns inziens terecht tegen het heersende idee van leiderschap. Alsof we allemaal ‘baasjes’ moeten zijn.
Hij zegt: ’Ik vind leiderschap een vreselijke term. Alsof het leven maakbaar is; alsof je daar volstrekte zeggenschap over hebt. Ik wil helemaal geen leider zijn van mijn eigen leven, dat getuigt naar mijn smaak van een ontzettende arrogantie. Het is alsof ik mezelf op een voetstuk moet plaatsen om mijn leven betekenis te geven. Hoe groot moet mijn ego zijn? Bah.’
Hij haalt in het artikel Levinas aan die het heeft over de ‘grote goedheid’ en de ‘kleine goedheid’. De leider streeft naar grote goedheid, terwijl de niet-leider streeft naar kleine goedheid. ‘Wanneer de mens naar grote goedheid streeft dan gaat dat altijd ten koste van Anderen, de kans dat hij ontspoort is dan groot. Terwijl de kleine goedheid overal is, maar wordt weinig gezien, omdat die in principe heel bescheiden en nederig is.’
Penninkje van de weduwe
Volgens mij sluit dat weer heel goed aan bij wat je leest in het Evangelie, zoals in de gelijkenis van de arme weduwe in Marcus 12. De boodschap is: doe goed, maar laat je er niet op voorstaan. Wees niet zoals die luide en opschepperige farizeeërs. Doe maar gewoon rustig en bescheiden het goede, zonder de spotlights te zoeken. Zulke bescheidenheid siert je als mens.
Wat vind jij van bescheidenheid? Lastig?