Geloven zonder kerk: best prima, of…?
Geloven kan prima zonder kerk. Of toch niet? Het kan vast en zeker: geloven zonder een geloofsgemeenschap, maar voor mij is het geen optie gebleken. Na een tijdje zonder kerk is verbonden zijn met een geloofsgemeenschap voor mij toch ‘meer kerk meer geloof’.
Jaren geleden kwam ik na een verhuizing in een andere kerk. Een kerk waarin ik niet was opgegroeid, maar die wel dichtbij mijn ‘roots’ stond. Samen met mijn lief begon ik een leven in een nieuwe omgeving. Voor het eerst samenwonen, dus wellicht was een nieuwe kerk zoeken die anders was dan we gewend waren gewoon nog een ‘stap te veel nieuw.’ We bezochten de diensten op zondag. We dachten er niet zoveel bij na. Maar na een tijdje begon het toch te schuren. Steeds meer kregen we het gevoel van een grote sprong vanuit de dagelijkse werkelijkheid naar een totaal andere tijd. Natuurlijk een oud kerkgebouw geeft snel een historisch gevoel, maar dat was het niet alleen. Het gesloten taalgebruik en beperkte ruimte voor eigen geloof maakte dat ik niet geraakt werd. We besloten niet meer naar de kerk te gaan.
Geloven zonder kerk
Een poosje voelden we ons bevrijd en vonden het eigenlijk wel prima, zo zonder kerk. We waren het geloof niet kwijt geraakt. We bleven ook echt wel bidden. Maar na een tijdje alleen nog voor het eten. We stonden op zondagochtend rond kerktijd op en keken naar een religieus programma op televisie, een paar weken. Totdat we dat eigenlijk ook niet meer deden. We hadden geen beperkingen: we konden precies zoals we dat zelf wilden geloven en op zondagochtend kregen we volledige vrijheid.En toch was het geen volledige bevrijding….
Wie heeft dat ooit verzonnen: half 10 kerk?
Verbonden met elkaar
We hoefden niet zolang te zoeken naar een nieuwe geloofsgemeenschap. Eén waar we ons inmiddels al jaren thuis voelen. Een plek voor levensvragen, om op adem te komen, waar ruimte is voor onderzoek naar je eigen identiteit in relatie tot God en een plek waar we verbonden zijn met God én met elkaar.
Samen eten, bidden en beminnen
En dan de vraag waarom ik de kerk wel nodig heb. Een tijdje zonder kerk bleek dus geen bevrijding en niet méér geloof. (zelfs niet bij benadering evenveel geloof) Ik weet nu dat mijn geloof verder gaat dan mijn eigen zingeving. Het is niet een soort persoonlijke hobby, het is een gemeenschap waarin we niet alleen voor onszelf leven maar ook voor een ander. Samen de maaltijd vieren, samen de stilte ervaren en elkaar liefhebben en geven dat wat de ander nodig heeft: samen eten, bidden en beminnen.
En elke keer wanneer ik de kerk van mijn geloofsgemeenschap binnenstap voel ik me thuis. Ik voel dat ik op adem mag komen, stil mag zijn, mag zingen en bidden, maar ik voel me vooral verbonden. En daarom heb ik de kerk nodig. Om samen te eten, te bidden en te beminnen.
Hoe is dat voor jou? Wat vind jij belangrijk in een kerkgemeenschap?
Ron
Een huis van God is een huis waarvan HIJ de hoofdbewoner is en waar Zijn aanwezigheid merkbaar is in sfeer, heiligheid en beleving. Waar geprobeerd wordt om op Bijbelse wijze de kerk gestalte te geven en dan denk ik aan de bedieningen van Herder, apostel, profeet, evangelist en leraar. Het is als een gebouw dat op 5 zuilen rust. Zonder die stort het gebouw in (Zie de brief aan de Efeze) Nieuwe Testament, hoofdstuk 4). Die kerk fungeert als een lichaam waarvan Jezus het Hoofd is. Het lichaam is voorzien van pezen en banden die het lichaam bijeen houdt. Elk gemeentelid oefent op de juiste wijze kracht uit zodat de gemeente goed kan functioneren. Als de kerk wordt bestuurd door 1 persoon of een paar mensen, dan is het onmogelijk om zo’n kerk goed te laten functioneren.
18 november 2021